Over mijn like

Dit zijn een aantal fragmenten van dagboeknotities uit het afgelopen jaar, waarin ik mij heen en weer beweeg tussen twee werelden. Thuis, waar digitalisering onvermijdelijk lijkt, versus mijn leven op zee, waar ik ben teruggeworpen op een analoge wereld. Langzaam is mijn digitale blog een stil pleidooi geworden voor het analoge bestaan. En dat gegeven is een paradox in zichzelf. Mijn schrikbeeld is dat onze toekomstige generaties de analoge wereld alleen nog (her)kennen via een digitale blik en waarderen via een like, en dit ook als vanzelfsprekend zullen ervaren. To like or not to like. Over mijn lijk like.

Bloggen in twee werelden

Sigrid Burg

4 september 2014. Vanuatu

Sinds een paar weken vaar ik tussen de koraalriffen van Vanuatu, een eilandengroep in de Zuid Pacific; een plek die verschillende keren is uitgeroepen tot “happiest place on earth”. Ik ben hier als schipper en filmmaker om samen met onder andere marine biologen de lokale bevolking te helpen met het opzetten van programma’s ten behoeve van ecologische en economische ontwikkeling. Mijn besluit om wat langer aan wal te blijven om de natuur en de eilandbewoners beter te leren kennen betekent al snel dat ik in alle facetten van het dagelijkse leven wordt meegenomen. Garnalen vangen, wassen, koken, een douche nemen in de rivier. En vandaag word ik zomaar ineens ceremonieel geadopteerd door de familie met wie ik hier rond een kampvuur zit. ‘Alles wat van ons is, is nu ook van jou’, zegt mijn kersverse vader plechtig. Ik kijk wat ongemakkelijk om me heen, maar iedereen lacht met die mooie Vanuatuaanse lach en raakt me liefkozend aan. Er wordt gezongen en gedanst. Deze mensen hebben niets, maar wel elkaar. Alleen twee pubermeiden zonderen zich af.  In de duisternis van de vallende avond lichten hun gezichten op. Niet door het kampvuur, maar door hun telefoon.

Reizend over de wereld verwonder ik mij telkens over de alomtegenwoordigheid van digitale communicatie. In de afgelopen jaren hebben social media zoveel terrein gewonnen dat de huidige opgroeiende generatie niet beter weet dan dat het er altijd was. Ook op Vanuatu waar de meeste bewoners mij op het hart drukken niets anders nodig te hebben dan water en kokosnoten is er “plots” die smartphone. Hier op een eiland waar altijd het water de grens aangaf lijkt ineens alles mogelijk. Telefoon en internet vormen een digitale zee van mogelijkheden die het verlangen naar onbegrensdheid prikkelen. Een universeel verlangen. Op de meeste plekken ter wereld kunnen we amper een leven zonder internet voorstellen. Het is een mondiale ontmoetingsplek voor jong en oud, waar niet alleen alles ogenschijnlijk sneller gaat maar ook makkelijker, beter en nog mooier. Ook ik zit morgen weer tussen Australiërs in het enige quasi Europese koffietentje in de wijde omtrek, gerund door Japanners een Coca-Cola te drinken terwijl ik via Wifi een gesprek voer met behulp van mijn I-Phone. En ik besef heel goed dat dit precies is wat menig Vanuatuaan ook wil. En daar wordt goed op ingespeeld door Chinese winkeleigenaars op Vanuatu. Overal vind je kleine winkeltjes met de grootste onzin gemaakt van plastic en daartussen liggen de telefoons en laders. Terwijl ik deze beelden in mij opneem, denk ik aan Nederland en de wijze waarop we niet zelden vastgekleefd zitten aan onze telefoon.