Maalstroom van de geschiedenis

De opvattingen over de relatie tussen geschiedenis, beeld & verbeelding lopen danig uiteen. In dit themanummer doen we daar een actuele greep uit, werpen we een blik op ontwikkelingen en publicaties van de laatste decennia en schetsen we bouwstenen voor een historisch-analytische benadering.

inleiding op geschiedenis, beeld & verbeelding

Heidi de Mare en Wilbert Schreurs

Wanneer de hedendaagse lezer geschiedenis zegt, bedoelt hij veelal een oppervlakkig zich vergapen aan wat indrukken van beeldende kunst, of wat filmpjes van de historische buitenkant. Johan Huizinga, Nederland’s beschaving in de zeventiende eeuw (1941): 88.

Over de rol van beeld en verbeelding in de geschiedenis en in de geschiedschrijving doen tal van opinies de ronde, maar er bestaat nauwelijks consensus over wat al die meningen waard zijn. Vaak lijken de gedachten daarover zo vanzelfsprekend dat er nauwelijks ruimte is om er vragen over te stellen en die in te brengen in het publieke debat of over te dragen in het onderwijs.

Die achteloosheid kan verregaande gevolgen hebben voor hoe we omgaan met beelden – met kunst en kitsch, reclame en cartoon, persfoto en speelfilm, game en documentaire. Maar ook hoe we, via die beelden, aankijken tegen ons verleden en dat waarderen. De verbeelding speelt daarin een dubbele rol. Enerzijds wordt onze aandacht getrokken door de vele beelden die we zien en die een voorstelling van de geschiedenis oproepen – zoals bijvoorbeeld het geval is met de Hollandse Gouden Eeuw door de vele boekomslagen met zeventiende-eeuwse genreschilderkunst. Musea doen flink mee aan het op grote schaal verspreiden en versnijden van historische beelden – vaak onder het mom van het hulde brengen aan grootse genieën. Zie de magnum met afbeeldingen van Hollandse Meesters uit het Mauritshuis. Maar ook door het publiek aan te sporen een eigen meesterwerk te maken.